Met het Paasweekend voor de deur is dit een toepasselijk spreekwoord om mijn blog mee te beginnen. Het betekent ‘je moet niet te vroeg het feest al vieren’. Hoe een erfenis gevoelsmatig verdeeld moet worden, wijkt soms af van hoe het juridisch geregeld is. Ik zie in de praktijk dat nabestaanden na het overlijden van hun dierbare vaker op gevoel allerlei zaken regelen, waardoor zij het risico lopen dat ze de erfenis zuiver aanvaarden. En dat kan nare gevolgen hebben…

Mia heeft een mooi leven gehad en is op 88-jarige leeftijd vredig overleden. Bij het regelen van de uitvaart zitten drie kinderen aan tafel, maar er blijkt nog een vierde kind te zijn, waar de hele familie al jaren geen contact mee heeft. Een van de drie kinderen is gemachtigd voor de bankrekening van moeder en regelt al jaren de bankzaken. Hij vertelt terloops aan de uitvaartverzorger dat hij de rekening van moeder snel nog even leeghaalt, voordat hij het overlijden van moeder bij de bank meldt. Dan kunnen de rekeningen makkelijk betaald worden en kunnen de drie kinderen het overgebleven geld van moeder onderling verdelen. Als de uitvaartverzorger voorzichtig vraagt hoe het met het vierde kind zit, wordt er gezegd dat hij niet mee hoeft te delen, want “hij heeft zich ook nooit iets van mam aangetrokken toen ze hulp nodig had”. En zoveel staat er niet meer op de rekening, want moeder heeft de afgelopen jaren gretig geschonken aan de drie aanwezige kinderen. De uitvaartverzorger adviseert nog om voorzichtig te zijn en goed na te vragen wat de gevolgen zijn, maar de drie kinderen slaan zijn advies in de wind. Ze verdelen het geld met zijn drieën en vinden dat ze het goed afgehandeld hebben, want “moeder zou niet anders gewild hebben”.

Ongeveer een half jaar later krijgt de oudste zoon van Mia een brief. Zijn broer Willem (het vierde kind) heeft via-via vernomen dat zijn moeder overleden is en hij vraagt waarom hij niet op de hoogte gesteld is én wat er met de erfenis gebeurd is. Mia had geen testament gemaakt en volgens het wettelijke erfrecht zijn in dat geval alle vier de kinderen voor een gelijk deel erfgenaam. Willem had dus overal in mee moeten delen en in mee moeten beslissen. Willem geeft in de brief aan dat hij ook zijn vaderserfdeel nog wil ontvangen. Met het vaderserfdeel hadden de drie kinderen helemaal geen rekening gehouden en dat geld was er helemaal niet meer toen Mia overleed. Maar omdat zij door hun gedragingen de erfenis van Mia zuiver aanvaard hebben (met alle lusten én alle lasten), moeten zij het tekort aanvullen en het vaderserfdeel van Willem aan hem betalen uit hun eigen vermogen. Daarnaast moet er ook nog gekeken worden naar de schenkingen die aan de drie kinderen gedaan zijn in verband met de legitieme portie van Willem. Kortom, de drie kinderen dachten het onderling makkelijk te kunnen regelen, maar komen van een koude kermis thuis.

Ook al voelt het niet goed om Willem mee te laten delen na alles wat er gebeurd is, de wet is volkomen duidelijk. Moeder had Willem in een testament kunnen onterven, maar dat heeft zij niet gedaan. Dus de andere kinderen hebben met Willem te maken, of zij dat nou willen of niet.

Zit je in een soortgelijke situatie, laat je dan na het overlijden van je dierbare goed informeren, voordat je dingen doet en je mogelijk de erfenis daarmee zuiver aanvaardt. En wil je zelf geen contact met je (al dan niet onterfde) broer/zus opnemen, dan kun je deze taak altijd uit handen geven. Wil je hier meer over weten of heb je hulp nodig? Mail mij dan via info@ervenenmeer.nl of bel mij via 06-19455792.